
"De afgelopen weken en maanden was ik in commissie en plenaire vergadering bezig met het dossier van de financiering van extra enkelbanden. Blij dat dit er eindelijk is van gekomen. Een significante stap richting een veiliger Vlaanderen!"
“Belangrijk is dat het geld uit de algemene federale middelen zal komen, en niet uit de specifieke justitiemiddelen.” Federaal minister van Justitie Annelies Verlinden (CD&V) benadrukt dat ze voor de enkelbanden niet rechtstreeks moet betalen aan haar Vlaamse collega Zuhal Demir (N-VA). Het geld komt uit een algemene federale pot voor dotaties aan de regio's, steden en gemeenten. Demir kan de komende drie jaar zo op 23,7 miljoen euro rekenen om de kosten van de extra enkelbanden voor Vlaanderen op te vangen. Ze zijn een neveneffect van Verlindens noodwet tegen de overbevolking in de gevangenissen.
Zo komt een eind aan een lange discussie tussen Demir en Verlinden. De federale minister zag de miljoenenstroom richting de regio's als een aanfluiting van de bijzondere financieringswet, die vastlegt hoe de deelstaten middelen krijgen. Een advies van de Inspectie van Financiën sterkte haar daarin. Maar N-VA en Les Engagés, die regionaal de ministers van Justitie leveren, zagen dat anders en eisten een creatieve omweg in ruil voor een fiat voor de noodwet.
Jaarlijks extra middelen
Het financiële getouwtrek was niet de enige moeilijkheid bij de geboorte van Verlindens noodplan. Ook plannen om gevangenisdirecteurs te laten beslissen over bepaalde vrijlatingen, werden na een streng oordeel van de Raad van State teruggeschroefd.
Ons land telt momenteel 13.725 gedetineerden, terwijl er plaats is voor zo'n 11.000. Verlinden wil daarom meer korte gevangenisstraffen omzetten in straffen met een enkelband, en ook meer buitenlandse gevangenen terugsturen. Maar daarnaast belooft ze de overbevolking ook op langere termijn structureel aan te pakken. “Daarvoor zullen nog veel bijkomende middelen nodig zijn.” De minister zal daarom elk jaar extra middelen vragen. Demir is in een reactie tevreden dat de strijdbijl begraven is, al betreurt ze dat er “nodeloos tijd is verloren”.
Dario Van Fleteren - De Standaard